John Fransen werd vorig jaar Nederlands kampioen op de 25 meter en schoot in het verleden op Indoor World Cups, maar bovenal is hij een recreant. Met hart voor de hele piramide van de sport. “Mijn doel voor nu is om voor aanwas te blijven zorgen.”
Als een vriendje van de basisschool vraagt of hij eens meegaat handboogschieten, hoeft John Fransen niet lang na te denken. Hij schoot al eens met een luchtbuks en ook het schieten met pijl en boog lijkt hem iets. “Het individuele van de sport, maar tegelijkertijd het gemoedelijke en gezellige sprak me aan”, vertelt Fransen. “Ik bleek het bovendien aardig te kunnen en dan werkt het dubbelop. Ik was verkocht. Ik leerde de techniek vlot, maar had in eerste instantie moeite met het mentale deel. Vooral het mezelf opleggen van verwachtingen.”
In zijn beginjaren investeert Fransen in zijn ontwikkeling, maar al snel heeft hij door dat hij een niveau onder de vaderlandse top zit. Net achter de jongens die later in het nationale team terechtkwamen. “Dat ik vaak aan het kortste eind trok, was niet gek. Ik trainde minder vaak dan zij. Ik heb aanleg voor de sport, maar niet voor het stukje topsport dat erbij komt kijken. Rond mijn achttiende koos ik definitief voor recreatief schieten. Ik heb inmiddels een gezin met twee kinderen en dan komt schieten op een nog lager pitje.”
Volle auto
Op een lager pitje, maar het fornuis staat niet uit. Fransen geeft namelijk regelmatig training aan nieuwkomers bij zijn schietvereniging St. Bernardus in Bergeijk en staat zelf regelmatig te schieten op regionale en landelijke wedstrijden. “Dat ik training geef, is voor mij een stok achter de deur om te blijven schieten. Als ik ga trainen, train ik ook écht. Ik ga niet na zes pijlen aan de bar zitten. Het gros van onze leden schiet 3D, maar dat heeft mij nooit getrokken. Ik ga nooit de bossen in, want ik schiet enkel op blazoenen.”
Bij St. Bernardus hebben ze een goed Recurve-team, waarmee Fransen dit jaar derde werd op het NK voor ploegen. Op individueel vlak is vooral de 25 meter zijn ding. “Die korte afstand heeft me altijd beter gelegen. Vorig jaar werd ik voor het eerst Nederlands kampioen bij de Heren Recurve. Het is een hoogtepunt in mijn loopbaan, maar als ik eerlijk ben, voelt de gehele sport als hoogtepunt. Dat ik het heb ontdekt, want ik vind het zo’n gemoedelijke en fijne sport om te beoefenen.”
Fransen was erbij toen Mike Schloesser in de World Cup van Nîmes een perfecte score schoot. Het maakte indruk, maar wat hem tegenwoordig vooral drijft, is het vergroten van de basis van het handboogschieten. “Ik ga niet meer hoger schieten dan dit niveau, en dus hoop ik vooral dat ik er mede voor kan zorgen dat de aanwas groter wordt. Er zit genoeg leven in handboogschieten, maar over de gehele linie mogen er extra schutters bij. Ik heb niet precies voor ogen hoe het moet, maar ik probeer mijn steentje bij te dragen. Met een aantal jeugdleden willen we binnenkort weer wedstrijden gaan schieten. Met een volle auto wedstrijden afgaan… Heerlijk!”